maandag 31 mei 2010

Nieuw seizoen, nieuwe ultralichte spinhengel van CJW.

Afgelopen zaterdag was de nationale hengelsportdag 2010. De start van het nieuwe seizoen zal ik maar zeggen en voor mij persoonlijk de start van een nieuw roofvisseizoen. De snoek, snoekbaars en baars moeten weer op hun hoede zijn. 2010 wordt hoop ik ook het jaar van mijn eerste roofblei want die heb ik tot dusver nog niet gevangen van een afmeting dat het de moeite waard is. Mocht een lezer ervaring hebben op dit gebied en mij eens mee willen nemen in deze voor mij onbekende visserij dan hoor ik dat graag.
Vissen is op zaterdag niet gelukt maar op de zondag lukt dat wel nadat ik in de middag om 1530 wakker ben geworden na een nachtdienst. Dat het regent kan me niets schelen. Ik ben per slot van rekening niet van suikerwater en met een regenpak aan en capuchon op is het goed vissen.
Het nieuwe seizoen start ook met een nieuwe hengel. De 2 meter lange ultralichte spinhengel van Cor Spinhoven (CJW) die ik heb mogen testen, is zo goed bevallen dat de hengel ook werd aangeschaft. Een uitgebreid testverslag zal op www.flitsendnylon.nl over een tijdje te lezen zijn.



Via een email kreeg ik de vraag of deze hengel ook geschikt is voor het vissen met kleine spinners. En met klein worden dan stompe spinners bedoeld rond de 15 mm. Dat is inderdaad heel goed mogelijk maar voor mij een reden om dat vandaag nog eens haarfijn weer te testen. Een etui met spinners die gebruikt werden op de Fairplay Rapier ging dan ook mee in mijn regenpak. Hieruit werd mijn kleinste spinner gehaald met een bladmaat van 10 mm en het nieuwe seizoen is van start. Hoewel niet elke wenteling van het spinnerblad is te voelen op de hengel kun je het snorren van de spinner wel degelijk voelen. Mooi hoor dat zelfs dit soort spinnertjes zijn te vissen. Dat kleine spinners ook kleine vis vangen blijkt even later met het eerste visje dit seizoen, een baars van rond de 10 cm, die een mooie tik op de hengel weet te geven. Volgende worpjes leveren ook van dergelijke baarsjes op tot de hengel wat serieuzer wordt getest door de eerste snoek van dit seizoen. Die is waarschijnlijk afgekomen op het spartelen van al die baarsjes en weet nu zelfs wat lijn van de spoel te trekken. Prachtige snoek die het 10 mm spinnertje voor in de bek heeft zitten.




Er worden verschillende kantjes afgevist met een aantal soorten spinners en over de gehele lengte van dit water blijkt de nodige roofvis onder de kant te zitten. De baarzen zijn rond de 20 cm maar ook 4 snoekjes tussen de 20 en 40 cm weten de veiligheid van de in het water aanwezige waterplanten te waarderen. Een heel mooi begin van dit nieuwe seizoen.

Naast de genoemde 10 mm stompe spinners werden ook 15 en 20 mm stompe spinners gebruikt. Ook 20 mm en 25 mm terrible spinners werden geprobeerd. Alle spinners waren heel goed te vissen en leverden vis op.

De komende tijd hoop ik een relatief nieuw water te gaan bevissen vanuit de bellyboot. Het evenwicht tussen roofvis en prooivis is hier nog niet aanwezig waardoor grote hoeveelheden baars maar ook snoek gevangen kunnen worden. Niet van een groot formaat maar wel heel mooi op deze ultralichte hengel.

zaterdag 29 mei 2010

DobberRob.

Zonder een dobbertje is het lastig penvissen. En nu heb ik geen verzamelwoede als het gaat om deze kleurige beetregistratie middeltjes maar door de loop van de jaren heen al wel de nodige verzameld voor het vissen onder allerlei omstandigheden.
Via een advertentie op marktplaats kwam ik een aantal jaren geleden eens DobberRob tegen. Voor 10 euro werden 10 handgemaakte dobbertjes verstuurd. Dat is niet veel geld en ze zagen er op de foto goed uit. Om een lang verhaal kort te houden. De eerste serie karperpennetjes waren inderdaad ook goed. Één exemplaar daarvan is aan een penhengel komen te hangen en heeft het hele jaar volgemaakt ondanks het nodige drilwerk van grote karpers door de waterplanten heen. Bij die ene bestelling is het dan ook niet gebleven.

Op dit moment wordt er dan ook regelmatig gevist met drie type dobbertjes van DobberRob. Ze worden kort behandeld van rechts naar links bekeken op de foto.

Het eerste dobbertje is gemaakt naar voorbeeld van de Chris Lythe tench lifter. Die hadden wij als Flitsendnylon speciaal laten maken op 4 BB maar blijkt in de praktijk bijna het dubbele te zijn. Ook was de levertijd bij Chris zeer lang (meer dan een jaar). Bij DobberRob is dat anders. Binnen een aantal weken zijn onze dobbertjes (tientallen) klaar. En ze vragen inderdaad 4 BB lood. Het mooie van een dobbertje met een zebra antenne en het drijflichaam laag geplaatst is de opsteker die je daarmee al vissend kunt krijgen. Alleen al daarom het proberen waard.

Het tweede dobbertje is een heel scherp pennetje met ongeveer 1 gram drijfvermogen wat ik eigenlijk altijd gebruik tijdens het penvissen op niet te diep stilstaand water. Het drijflichaam is van balsa en de steel van glasfiber. Prima vast op te lijn te gebruiken met de bijgeleverde rubbertjes icm het doorhalen van de lijn door het oogje wat zich in het drijflichaam bevindt. Maar wat ik liever doe is een montage op de engelse manier mbv een zelfgemaakte floatconnector. Van de mantel van zwart schakeldraad wat ook gebruikt wordt in het electriciteitsnet van ons huis wordt een kleine tonwartel gelijmd. Het andere uiteinde past perfect om de steel van het dobbertje.

Het derde pennetje is speciaal gemaakt voor het vissen met een breekstaafje wat precies past in het buisje bovenop de dobber.

Voor wie nog wat pennetjes zoekt of zelf ideëen heeft hoe een ideaal pennetje eruit moet komen te zien kan het best even contact zoeken met deze DobberRob. Om naar de site van DobberRob te gaan klik hier Ik kan ze van harte aanbevelen.

maandag 24 mei 2010

Flevokarper 2010.

Op zondag 23 mei zijn we weer met een aantal Flitsendnylon.nl leden naar de Flevopolder geweest om met de penhengel te vissen op karper. Voor die tijd heb ik geregeld contact met Dick Langhenkel over de mogelijkheden en de stand van zaken wat de vangst aangaat. Door de lage temperaturen van de afgelopen maanden heeft het water in de ondiepe sloten nog niet een temperatuur bereikt waarop de karper aan het paaien gaat. Met het warme weekend in het verschiet kan daar wel eens verandering in komen, op onze visdag dus. Dick zal zelf niet aanwezig zijn omdat hij vandaag zijn 65 ste verjaardag mag vieren. Van harte Dick. Voor de middagpauze aan het water wordt er gevist ten zuiden van Lelystad. Genoeg mogelijkheden en een ieder gaat zijn eigen gang. De door mij beoogde stek blijkt bezet te zijn door een statische visser die op 100 meter afstand zit. Als ik voeren wil bij de duiker begint hij al druk te gebaren dat zijn aas daar ligt. Ook de aangrenzende rietpollen kunnen daardoor niet bevist worden. In de tocht die dan wordt aangedaan worden wel een aantal karpers gezien maar niet gevangen. En het is warm, erg warm. Na de middagpauze, waarbij ook wat materiaal wordt bekeken, rijden we met zijn allen naar een water ten noorden van Lelystad. Bij aankomst wordt de situatie al gauw duidelijk. Langs de ondiepe kanten zijn overal paaiende karpers te zien en een ervaren karperrot die ook met de penhengel vist geeft al aan dat de vis niet is geïnteresseerd in het aas. Ook hier verspreiden we ons. Ik ga met Ferdi naar een bekende sloot en wat we hier zien hebben we beide nog nooit meegemaakt. Over een lengte van meerdere kilometers zijn overal paaiende karpers te zien. Je kunt over de vissen lopen en met droge voeten de andere kant van de sloot bereiken, zoveel zijn het er. Heel mooi om mee te maken maar wel frusterend als je na uren reizen toch wel een visje vangen wilt. De visdag is dan ook veel eerder afgelopen dan van te voren werd afgesproken.

woensdag 19 mei 2010

100 % score.

Op de dinsdagavond ook nog even met de penhengel bezig geweest. Op mijn manier, dus vissen en voeren met blikmais. De ervaren karpervissers die mijn blog lezen wijzen mij terecht op het gebruik van ander aas en voer. Maar nog één keer om het af te leren. Zoals nu ook weer met een CJW CSL xlight voorzien van centrepin en 14/00 nylon is het heerlijk om grote brasems en zeelten te vangen.
De afgelopen keren werd op overdiepte gevist waardoor veel vaker met succes de haak kon worden gezet. Een BB of no 1 loodje op de grond gaf al vaker wijfelende aanbeten en een hoger aantal missers waardoor er dan ook vaak slechts een stuk nylon op de bodem kwam te liggen. Deze keer werd met de eerder omschreven liftmethode gewerkt. Een loodje BB wordt op 3 cm van de haak geknepen waardoor het pennetje net zinkt. Het pennetje wordt nu zo hoog geschoven dat deze net onder of in het oppervlakte hangen blijft. Bij een opsteker wordt aangeslagen en op alle andere bewegingen van de pen niet. Of het moet een fraaie wegloper zijn.
Om een lang verhaal kort te maken. Van de 11 opstekers worden er ook 11 verzilverd, 9 brasems en 2 zeelten, een score van 100 %. Daarnaast worden nog een aantal vissen gehaakt door weglopers maar ook een aantal gemist. Over deze liftmethode ben ik op dit moment dan ook erg te spreken. En de haak zit altijd voor in de bek.
Klaar zou je denken. Maar zo gemakkelijk is het niet. Het heeft ook nadelen. Ten eerste moet je ten alle tijden geconcentreerd vissen en goed de pen (of de plaats waar deze ongeveer is) goed in de gaten houden. Je zult namelijk direct de haak moeten zetten als de pen omhoog komt. Wacht je een moment dan geeft dit de vis de kans om het aas weer uit te spugen. En het is ook wel eens lekker om rustig de omgeving af te kijken op zoek naar bijvoorbeeld actieve vis. Ten tweede twijfel ik zeer of alle vis zich wel horizontaal richt na het opnemen van het aas wat een opsteker veroorzaakt. Voorns bijvoorbeeld doen dit niet en zwemmen met het aas weg wat een wegloper veroorzaakt. De meeste vis die dan ook met een wegloper gevangen wordt aan dit systeem is voorn.
Maar ik ben wel heel tevreden tot nu toe met deze bevindingen. De komende tijd zal er met iets zwaarder materiaal en ander aas en voer wat gerichter op karper gevist worden want het wordt wel weer eens tijd om die te vangen hoewel ik opzich een zeelt een veel mooiere vis vindt om te zien en het vangen ervan aan een lichte progressief buigende hengel wel nooit vervelend zal gaan vinden. :-)




Van Carla mag ik niet steeds materiaal op de foto zetten maar dat is voor mij nu juist wel van belang. Zo kan ik jaren later ook nog zien op wat voor manier er toen gevist werd.

maandag 17 mei 2010

Het leuke van een blog.

De laatste weken heb ik geregeld een poging gedaan om met de penhengel in een paar uurtjes tijd een karper te vangen. Helaas zonder succes. Er werd de nodige vis gevangen waaronder mooie exemplaren van andere soorten (voorn, brasem en zeelt) maar geen karper. Van verschillende lezers heb ik dan ook reacties ontvangen hoe ik mijn methode kan aanpassen om gerichter op karper te vissen in dit water. Allemaal hartelijk bedankt. Mijn methode wordt binnenkort aangepast.

Op zondag ben ik vroeg uit bed gegaan om het nog maar eens te proberen op mijn manier. Dus met wat blikjes mais waarmee gevoerd en gevist wordt. 4 plekjes werden afgevist. Op 2 van die plekjes staat slechts 50 cm water op een andere plek 1 meter en op de diepste plek 2 meter. Ze liggen allemaal in de ochtendzon.

Op de ondiepe plekken wordt helemaal niets gevangen en ook niets gezien. Op de plek met een diepte van 1 meter komen 6 prachtige blankvoorns rond de 30 cm maar die kunnen op de gebruikte hengel (CJW CSL light)geen partij geven. De diepste plek is super. Meerdere brasems, voorns en in het laatste uur 4 zeelten worden hier gevangen. En ik haak een karper. Haken inderdaad en niet vangen. De vis komt in het begin rustig mee net als de brasems die worden gevangen. Maar in de aanwezige plompebladeren krijgt de vis argwaan en zwemt om een aantal stengels heen om vervolgens met een keiharde run het ruime water op te zoeken en mij met een lijn zonder haak achter te laten. 5 plompebladeren die op de kop langzaam wegdrijven zijn een stille getuige van het tafereel wat hier zojuist zich heeft afgespeeld.

Als de sociale zaken van de dag zijn afgehandeld en de kinderen op bed liggen probeer ik het nog even. Ik weet immers nu dat er wat dieper gevist moet worden. Maar ja, wat is wijsheid. Slechts grote brasems worden er gehaakt en ook ver in het donker blijkt op een ondiepe plek ook brasem de oorzaak te zijn van bewegingen in het water op een aangelegde voerplek.

Maar het was weer heerlijk langs de waterkant.



Op bovenstaande foto één van de gevangen brasems onder de paaiuitslag. De vis is niet echt scherp maar daar gaat het ook niet om. Het net is wel scherp en die bevalt heel goed. Korum is de leverancier en later volgt een review.

vrijdag 14 mei 2010

Penvissen op karper kan ik het niet noemen.

Zoals gezegd vanmorgen met de penhengel op pad geweest om een karper te vangen. Er werd op overdiepte gevist om te proberen het aantal missers te reduceren en dat is heel goed gelukt zonder dat de vis diep werd gehaakt. Aan het begin een paar voerplekjes gemaakt terwijl het materiaal nog even in de auto liggen bleef. Vervolgens eens rustig het water afgestruind naar actieve karper maar helaas niets gezien. Daarna de voerplekjes bij toerbeurten afgevist en de nodige vissen gevangen. Ruisvoorn, blankvoorn, brasem, blei, zeelt, baars en snoek. :-) Ik kan het geen penvissen op karper meer noemen. Als ik meer kans op karper wil maken zal naar ander water moeten worden uitgezien.




Hopenlijk komt een dergelijke vis binnenkort weer eens voorbij.

donderdag 13 mei 2010

Nieuwe foto als blogtitel.

Vandaag nog een uurtje gevist met de CJW feather 4 in ondiep polderwater. Geen dobbertje maar een vlokdobberlijntje gebruikt deze keer. Weer een paar visjes gevangen en even heerlijk uitgewaaid. Omdat een aantal koeien polshoogte kwam nemen wat ik toch wel niet aan het doen was kreeg ik de gelegenheid een paar fotoos van hun te maken. Even iets anders op de site maar toch hengelsport gerelateerd door de hengel rechts onderin de foto.
Morgen vroeg uit de veren om het op de grote brasem, zeelt en karper te proberen.

zaterdag 8 mei 2010

Zoekers.

Deze week op de maandagavond na geen tijd kunnen vinden om te vissen. De kinderen zijn vrij van school en hebben meivakantie en daarnaast wordt er wat geklust en in de weekenden gewerkt.

Op dit moment weet Hans Koeslag hele mooie karpers te vangen op een manier die mij ook aanspreekt. Zeker de moeite waard om zijn site te bekijken.

Rest mij niets anders om een stukje te schrijven over een serie jerkbaits die ik gemaakt heb. Deze kunstaasjes zijn zoekers genoemd omdat ze heel mooi schommelend door het water heen glijden van links naar rechts als ze in één tempo worden binnen gevist. Deze actie wordt nog sterker als er met kleine rukjes wordt binnengevist. Trollen is ook heel goed mogelijk zolang dit maar in een rustig tempo gebeurd. Als je dit kunstaasje ziet zwemmen is het net of het op zoek is naar de roofvis vandaar de naam zoeker. Op de foto is de kleinste versie te zien die 22 gram weegt. De grootste versie gaat net over de 100 gram en vereist ander hengelmateriaal.

maandag 3 mei 2010

Wie naait zal genaaid worden.

Trotten is een Engelse techniek voor het vissen op stromend water. Er wordt gevist met een dobberhengel en een centrepin. Het aas wordt gevist onder een dobber. Bijvoorkeur een van het model Avon. Anders in ieder geval een pen met een hoog drijflichaam. De truc is vervolgens om de dobber met het aas met zo min mogelijk weerstand op de stroom te laten driften (trotten) naar de plek waar de vis zich ophoudt. Het trotten wordt gecontroleerd met weerstand op de spoel van de pin (duim) zodat het aas voor de dobber uitdrijft in plaats van andersom.

Omdat ik weinig stromend water in de buurt heb moet ik deze techniek nog beter onder de knie zien te krijgen. En als de gelegenheid zich voordoet maak ik daar dan ook dankbaar gebruik van. Gevist wordt met de CSL Xlight van CJW met hierop de Kennet centrepin van Okuma. Het dobbertje draagt 2 AAA loodjes en is zelfgemaakt. Verder gaat een schoudertas van Hardy met hierin verschillende aassoorten en wat klein materiaal mee. Het klapnetje is van het type simplex maar zal in de praktijk bijna nooit nodig zijn. Met dit materiaal is het heerlijk zoeken in de polder naar actieve vis en die wordt dan ook al snel gevonden.

Overal zijn paaiende brasems en voorns te zien maar van de karpers nog geen spoor. De dobber wordt zo afgesteld in het stromende water dat het haakaas over de bodem gaat zonder hierbij te blijven hangen. Er zullen dus ook gedeeltes zijn dat het aas de bodem niet raakt maar dat neem ik voor lief. Geregeld gaat een handje met voer te water waarin ook het nodige aas is verwerkt.

Met een zogenaamde "side cast" wordt het dobbertje netjes ingeworpen en de eerste drift kan beginnen. In dit ondiepe water tot 60 cm blijf ik liever zover mogelijk uit de kant om de vis niet te verstoren temeer omdat de bodem uit veen bestaat waarin trillingen zich heel gemakkelijk kunnen doorgeven naar het water. Met de eerste aanbeet wordt de eerste vis gevangen en er volgen de nodige aanbeten in het verloop van deze anderhalf uur vissen. De techniek van het inleggen, lijn geven en lijn tegenhouden krijg ik steeds beter onder de knie en gaat op een gegeven moment zo goed dat het automatisch lijkt te gaan. Dat is nog wel het mooiste gegeven van deze sessie. Er wordt lekker gevangen waarbij ook de onder paaiuitslag zittende mannetjes brasems zich graag even een oor laten aannaaien door het perfect aangeboden aasje. Wie naait zal genaait worden.

zaterdag 1 mei 2010

CSL penkarperhengels van CJW.

Door ziekte van een collega zit ik dit weekend in de nachtdienst waardoor de plannen om te gaan vissen in de prullenmand zijn verdwenen. Het geeft me wel een mooie gelegenheid om iets te schrijven over de CSL (Carp Slim Line) penhengels van Cor Spinhoven (CJW). Een stukje informatie vanuit de praktijk wat erg handig kan zijn als je op zoek bent naar een fijne penhengel. Ik struin ook vaak het internet af naar informatie voordat er iets wordt aangeschaft en hoop zodoende iets te kunnen bijdragen.
Het is nu zo’n 4 jaar geleden dat ik voor het eerst in aanraking kwam met deze penhengels. Sinds mijn jeugd mag ik graag actief vissen op karper met een pennetje of met een bal deeg op afstand aangeboden waarbij een wakertje van zilverfolie een eventuele aanbeet aangeeft. Één van de eerste handgebouwde hengels was dan ook een holglas penhengel met een lengte van 360 cm en een testcurve van 1,5 Lbs. Wat een geweldige hengel was dat en er is dan ook veel mee gevist en ook veel mee gevangen. Een nadeel was het hoge gewicht, zeker als je meerdere uren scherp aan het vissen was waarbij de hengel in de hand werd gehouden. Gedurende een aantal jaren werden dan ook meerdere hengels geprobeerd waarbij ik nooit echt die hengel vond die bij mijn manier van vissen paste. Tot ik dus een tip kreeg om eens te kijken naar een CSL van CJW.
De manier waarop ik vis met een penhengel is dus van groot belang om te kunnen begrijpen waarom een CSL daar zo goed bijpast. Ook de omstandigheden zijn niet onbelangrijk. Er wordt namelijk gevist in polder en cultuurwater waar naast een bezetting van karper ook de nodige voorns, brasems en zeelten zwemmen die ook gevangen worden. Omdat deze vissen de hoofdmoot uitmaken van de vangst is het wel zo leuk dat de gebruikte hengel hier ook op buigt. De hengel mag dus gerust soepel zijn in de top maar moet ook voldoende reserve hebben voor het drillen van grote vissen. Een buiging tot in het handvat heeft hierbij de voorkeur. Omdat ik graag met de hengel in de hand vis, sla op een kleine beweging van het pennetje, en het aas een stukje wil verplaatsen om een slecht aanbijtende vis te kunnen overhalen het aas te pakken, mag de hengel niet slap of zwaar zijn. Er wordt vlak onder de top van de hengel gevist waardoor een stijve, strakke hengel ook niet echt ideaal is en de dunne lijn geregeld zal breken in het begin van de dril. Het steekt dus behoorlijk nauw.
De CSL is ook heel geschikt om er met een dobber en visje op snoekbaars mee te vissen. Ook op afstand is de haak met succes te zetten. Een beetje snoekbaars, baars of snoek geeft een prachtig gevecht op de CSL. Ook worden deze hengels graag gebruikt voor het vissen op de rivier waarbij drijvend met brood wordt gevist op oa winde.
Ik heb na de nodige vissen ermee gevangen te hebben ooit een review geschreven voor lichtervissen.nl Het verhaal is nog steeds actueel en is te lezen in het volgende stukje.

De penkarperhengels uit de CSL serie van CJW vallen op door hun zeer dunne diameter. Vlak boven de handgreep is deze slechts 10 mm. De CSL light van 370 cm heeft 11 nickeltitanium oogjes en een sic topoogje van Fuji. De hengel is tweedelig en voorzien van oversteeksluiting. De handgreep uit kurk heeft een lengte van 66 cm en is voorzien van 2 reelringen. De verdere afwerking is met rvs onderdelen. De hengel is strak,snel en buigt niet door zonder belasting. Kleine vissen als voorn worden prima gehaakt maar ook grote karpers moeten hun meerdere erkennen in deze hengel door de dempende eigenschappen en de extra power in het achterste gedeelte van de hengel.

Deze hengel is gebruikt voor het penkarpervissen in sierwater, sloten en kanalen. In combinatie met een 18-20/00 nylonlijn kan de hengel optimaal worden gebruikt. Het prettigste ligt de CSL in de hand met een molentje tussen de 220-250 gram. Grootte 2 of 3 dus.

In het voorjaar en de zomer prima karper gevangen met deze combinatie. Ook grote vissen worden gevangen vlakbij lelievelden door de vis richting deze velden aan te slaan om ze vervolgens de ruimte te geven als ze het ruime sop kiezen. Prima tactiek. De hengel buigt perfect progressief tot in het handvat en het is een plezier er een vis mee te kunnen drillen.

Voor het echte obstakelvissen niet geschikt omdat de hengel behoorlijk krom moet staan voor er veel druk gezet kan worden. De karper heeft zich dan allang vast kunnen zwemmen.


Tot zover de review. De light is zo goed bevallen dat er voor het gericht vissen op zeelt en grote brasem ook een Xlight werd aangeschaft. Met een 14/00 lijn kan deze hengel optimaal worden belast en met een molentje tussen de 180-220 gram ligt de combinatie prettig in de hand.

Ik hoop dat jullie er iets aan hebben gehad.